Uiteraard maakt de reis van Elsbeth en mijzelf naar het vluchtelingenkamp ook bij de jongens heel wat los.
Binnenkort vliegen wij naar Gaziantep en dat is indrukwekkend voor ze.
Ze kijken tegenwoordig elke dag het jeugdjournaal dus ze zijn van veel nieuwsfeiten op de hoogte.
Sommige dingen houden ze zelfs beter bij dan ik.
Als ik ze vraag om een jas aan te trekken, zeggen ze dat dat niet hoeft.
Want het jeugdjournaal zegt dat het vandaag twintig graden wordt (u begrijpt, dit incident vond iets eerder plaats).
Onze zomervakantie brachten wij door in Zuid Limburg.
Een camping boven op een berg met prachtig uitzicht en gelukkig ook mooi weer.
Een paar dagen na het begin van die vakantie werd het vliegtuig in Oekraïne neergeschoten.
Dat bracht de oorlog erg dichtbij.
“Hoeveel landen zitten er tussen ons en de oorlog?” vroegen de heren.
Op zich ben ik best een optimist (meestal dan, soms vergeet ik het wel eens) maar ik kon niet anders zeggen dan dat het er niet heel veel zijn.
We hadden geen TV in de vouwwagen, wij luisterden naar de radio toen de eerste lichamen aankwamen in Nederland.
De jongens weten het nog. Het maakte een diepe indruk.
De eerste vraag die zij stelden toen ze hoorden dat ik de boeken ging brengen, was: mogen we mee?
En de tweede: vliegen jullie over oorlogsgebied, mama?
Wordt vervolgd
Pingback: We vertalen het ‘even’ in het Arabisch | De Droomvallei